Onderzoek toont aan: unieke Mechelse aanpak in preventie van kinderarmoede werkt

Centraal aanmeldpunt ‘Opkomst’ heeft al meer dan 300 gezinnen, kwetsbare aanstaande of kersverse ouders, ondersteund en begeleid. Samen met Thomas More presenteert de Stad Mechelen het impactonderzoek, dat de preventie van kinderarmoede bij deze jonge ouders aantoont. Centraal staat dat de unieke Mechelse aanpak, de proactieve begeleiding nog voor het kind geboren is, stress bij de ouders vermindert, hun formele en informele netwerk voor hulpvragen vergroot, helpt bij het vinden van kwalitatieve huisvesting en de ouders een bredere kijk geeft op de behoeften van het kind.

“De strijd tegen kinderarmoede was van bij de start van de legislatuur in 2019 een van de speerpunten van het stadsbestuur. Uit het Kinderarmoedeplan werd dan ook het Team Opkomst geboren, een centraal aanmeldpunt voor de ondersteuning van kwetsbare aanstaande of kersverse ouders. De preventie van kinderarmoede is een bijzonder complexe strijd, Team Opkomst gaat dan ook verder op alle lessen die we de voorbije jaren hebben kunnen trekken in de aanpak van deze problematiek. Uniek is dat we door een diepgaande samenwerking met de zorgpartners kwetsbare aanstaande ouders weten te identificeren, nog voor het kind geboren is. De begeleiding die daarop volgt is praktisch en hands-on: de gezinsbegeleider zoekt mee naar een betere woning of biedt hulp bij medische en administratieve zaken. De sterke start van het kersverse gezin is gegarandeerd, in het impactonderzoek lezen we dat deze aanpak werkt”, zegt burgemeester Bart Somers. 

Schepen van gezin en armoedebestrijding Gabriella de Francesco vult aan: “Dankzij de intensieve samenwerking met AZ Sint-Maarten, Wijkgezondheidscentrum Wel en Wee, tal van eerstelijnshulpverleners, vroedvrouwen, gynaecologen en artsen komen kwetsbare gezinnen op de radar die we anders te laat zouden hebben opgemerkt. Essentieel, want het beste moment om gezinsbegeleiding ter preventie van kinderarmoede op te starten is wanneer de zwangerschap 4,5 maanden ver is. Onze aanpak loont, geholpen gezinnen geven aan dat ze een vermindering van stress ervaren door de ondersteuning en het luisterend oor van de gezinsbegeleider, of dat hun formele netwerk, plekken waar ze terecht kunnen bij verdere hulpvragen vergroot. Ook komen ze sneller terecht in een kwalitatieve, veilige en gezonde woning op maat. De diepere band die ouders rapporteren tussen hen en hun kind is van grote waarde, vanwege een beter begrip voor wat er speelt bij de verzorging van een nieuwe geboorte.” 

Unieke aanpak Opkomst 

Opkomst heeft als missie om in te zetten op de optimale hechting tussen kind en mama tijdens de eerste duizend dagen, om zo het kind een stevige basis te geven waarop het in zijn volgende levensjaren kan verder bouwen. Het is één centraal aanmeldpunt waar iedereen die zwanger is, of net kersverse ouder is geworden, en woont in Mechelen, terecht kan voor ondersteuning. 
In het merendeel van de gevallen worden gezinnen met extra behoeften doorverwezen door zorgpartners. Wat uniek is aan de aanpak is dat de gezinnen door deze samenwerking vaak op de radar komen alvorens het kind geboren is. Zorgpartners screenen op indicatoren die kwetsbaarheid aanduiden, zoals het hebben van financiële moeilijkheden, het ontbreken van een sociaal netwerk, of het moeilijk de weg vinden naar de juiste voorzieningen. De twee meest actieve partners betrokken in het project zijn de sociale dienst van AZ Sint-Maarten en Kind & Gezin. Maar ook Wijkgezondheidscentrum Wel & Wee is een belangrijke, doorverwijzende partner. Er wordt sterk ingezet op een verdere samenwerking met de brede medische sector, gynaecologen en huisartsen, maar dit blijft nog een uitdaging. 

De werkwijze van Opkomst is laagdrempelig, breed en vraaggericht. Het kan gaan over de zorgbehoeften van het kind, maar ook over het mentaal welzijn van de moeder of de financiële situatie van het gezin. Er is voor de gezinnen steeds één centraal aanspreekpunt voor alle vragen, snel, doelgericht en zonder obstakels. Toch zijn er een aantal bijzondere kenmerken aan de aanpak die steeds terugkomen: 

  • Huisvesting als prioriteit  
    Uit onderzoek blijkt keer op keer dat een ongeschikte, ongezonde of onstabiele huisvesting kan leiden tot ernstige gezondheids- en andere problemen zoals sociale isolatie, bij schaamte over de thuissituatie. Vanwege een snel huisbezoek kan de gezinsbegeleider de woonsituatie van het gezin tijdig inschatten en samen met hen de zoektocht starten naar een geschikte woning. Het lokaal toewijzingsbeleid van Mechelen speelt hierbij een belangrijke, ondersteunende rol: bepaalde doelgroepen kunnen versneld een sociale woning krijgen, waaronder ouder(s) met een verhoogd risico op kinderarmoede en een woonnood, voor wie een begeleidingstraject is uitgestippeld. 
     
  • Focus op de baby 
    Het doel is om de baby een veilige en stabiele thuissituatie te bieden, waarbij er minder stress is voor zowel de moeder als de baby en er meer ruimte is om een hechte band op te bouwen. In de groepswerking staat veel in het teken van het (toekomstig) moederschap en de behoeften van de baby. Hierbij worden onderwerpen besproken zoals de veranderingen in het lichaam, de impact op de partnerrelatie en de behoeften van de baby. De individuele hulpverlening biedt daarnaast ook ondersteuning in praktische zaken, zoals het aanschaffen van een babyuitzet, het aanvragen van een geboortepremie en het regelen van kinderopvang. 
     
  • Generalistisch werken 
    De hulpverleners werken als generalisten, dit betekent dat ze aandacht hebben voor de gezinsbredere context, waarbij ze inspelen op de behoeften van moeder en kind op verschillende gebieden van hun leven. Door een vraaggerichte aanpak te hanteren wordt de drempel laag gehouden en kan er gemakkelijk een vertrouwensband worden opgebouwd. Vaak zijn de startende vragen praktisch van aard, zoals het regelen van uitkeringen of het zoeken naar een geschikte kinderopvang. Door een groeiende vertrouwensband kunnen ook onderwerpen zoals de partnerrelatie, opvoeding en hechting verkend worden. 
  • Outreachend en aanklampend werken 
    De professionals van Opkomst gaan proactief te werk, waarbij ze actief de begeleiding die moeders nodig hebben steeds hernemen, in plaats van te wachten tot ze zelf naar de hulpverlening stappen. Ze laten een cliënt nooit zomaar los en werken aanklampend, door korte huisbezoeken of berichten houden ze een vinger aan de pols. Uiteraard blijft de vrijwillige aard van de hulpverlening behouden en is de aanpak niet gericht op het blijven aandringen bij hulpweigeraars. Ook aan het begin van het traject, gaan hulpverleners samen met de betrokken medische partners kwetsbare, zwangere mama’s actief benaderen, met de vraag indien ze zich bij Opkomst willen aanmelden. 

Het project begon in januari 2020 en werd geconfronteerd met een moeilijke start vanwege de coronapandemie, waardoor voortdurende aanpassingen nodig waren. Desalniettemin verloopt het project nu vlot en heeft het al meer dan 300 aanstaande moeders ondersteund. De stad Mechelen stelde daarom de vraag aan Thomas More om een impactonderzoek op te maken, om objectief vast te stellen wat de impact is van de aanpak op de preventie van kinderarmoede, toegepast door de unieke aanpak van ‘Opkomst’. 

Opkomst+ 

Vanwege de specifieke behoeften die jongvolwassen (-25 jaar), alleenstaande zwangere vrouwen met zich meedragen, kwam al snel de nood naar boven drijven voor een specifiek traject voor hen. Vaak zitten zij in meer stressvolle, financieel precaire situaties, wat een meer intensieve en langdurige begeleiding vraagt. Opkomst+ begeleidt het kind dan ook van bij de geboorte tot aan de start van de kleuterschool. Ook richt Opkomst+ zich intensief op meer leefdomeinen, zoals toegang tot de arbeidsmarkt, het mentaal welzijn van de moeders, het opbouwen van een stabiele partnerrelatie, sociale rechten die hen ter beschikking staan en huurbegeleiding. Via de steun van het Kinderarmoedefonds van de Koning Boudewijnstichting kon de stad Mechelen Opkomst+ opstarten. 

“Iedereen die van dichtbij betrokken is bij Opkomst voelt dat hier iets fundamenteel gaande is. Amper een jaar na de lancering ervan vielen we in de prijzen: het Kinderarmoedefonds van de Koning Boudewijnstichting beloonde de werking met een stevige financiële injectie, waardoor we Opkomst+ konden lanceren, een gezinsbegeleidingstraject specifiek gericht op eenoudergezinnen, aanstaande jongvolwassen mama’s die heel wat armoederisico’s lopen en zelf nog volop zoekende zijn. Met Opkomst+ begeleiden we hen van bij de geboorte tot wanneer het kind klaar is om naar de kleuterschool te gaan”, zegt schepen van gezin en armoedebestrijding Gabriella de Francesco 

“10% van de kinderen in Vlaanderen wordt geboren in een kansarm gezin. 130.000 kinderen krijgen dus al vanaf de wieg minder kansen. Ze groeien op in slechtere leefomstandigheden, met meer ongezonde voeding, minder ruimte voor privacy en weinig aandacht voor educatieve prikkels. De eerste 1000 dagen zijn cruciaal voor de ontwikkeling van het kind en voor het doorbreken van de spiraal van generatiearmoede. Is dit de fout van de ouders? Neen, ook de samenleving moet investeren, mensen betrekken en ondersteuning bieden waar nodig. Mechelen is een voorbeeld op dit vlak. De intensieve begeleiding van kwetsbare gezinnen, met name de specifieke aandacht voor jonge moeders binnen Opkomst+, werpt zijn vruchten af. We zijn dan ook trots om hieraan te kunnen bijdragen met het Kinderarmoedefonds van de Koning Boudewijnstichting. De Mechelse aanpak bewijst dat mensen in armoede in staat zijn om hun leven in handen te nemen, als ze maar iemand aan hun zijde hebben die de drempels helpt wegnemen die hen dit vaak onmogelijk maakt.”, vult Noël Slangen aan, voorzitter van het Kinderarmoedefonds van de Koning Boudewijnstichting. 

Onderzoeksresultaten Thomas More 

Het onderzoek van Thomas More is een resultatenmeting, gebaseerd op drie onderzoeksmethoden: registratiedata van maatschappelijk werkers die scoren op verschillende kansarmoede – indicatoren, casestudy en interviews. Wat we kunnen leren uit de vergelijking van de registratie data voor en na Opkomst is dat het aantal ouders in tijdelijke huisvesting afneemt en dat het aantal gezinnen in een vaste, betaalbare en kwalitatieve woning woont, toeneemt. Ook zijn gezinnen meer in orde met administratieve taken, met name het aanschaffen van een babyuitzet, het regelen van de kinderopvang, de aanmelding bij Kind & Gezin en de aanvraag van het groeipakket. 

Als aanvulling op de registratiedata werd voor een selectie van de gezinnen een case study uitgevoerd waarin maatschappelijk werkers een nieuw ontworpen indicatorenset invulden, die beter geschikt is voor het meten van de impact van Opkomst. 21 gezinnen werden hiervoor geselecteerd, 11 binnen het Opkomst-traject en 10 binnen Opkomst+. Het grootste verschil qua profiel tussen beide groepen gezinnen bij aanvang van de begeleiding is dat de jonge moeders van Opkomst+ veel minder ondersteuning krijgen van hun sociaal netwerk en ze hebben vaker ongelijkwaardige liefdesrelaties. Ook behalen zij de allerlaagste scores op de indicatoren spaargeld, het uitputten van sociale rechten, vrijetijdsbesteding en stress. Dit toont nog maar eens het belang aan van de intensievere begeleiding binnen Opkomst+. 

De grootste vooruitgang bij Opkomst wordt geboekt op: het beschikken over een kwaliteitsvolle en betaalbare woning, het uitputten van sociale rechten, een goede voorbereiding op de zwangerschap, een aangepaste leef- en slaapomgeving voor de baby, zelfvertrouwen, het hebben van stabiele relaties en voldoende ondersteunende opvoedingsfiguren. De Opkomst+ gezinnen tonen verbetering op gebied van verblijfplaats, babyuitzet, schulden, en leef- en slaapomgeving. Wat ook opvalt is dat bij Opkomst+ op twee keer meer indicatoren een groot aantal gezinnen vooruitgang boekt, in vergelijking met Opkomst, wat het succes toont van de langdurige en intensieve begeleiding. 

Gekoppeld aan deze 21 gezinnen werden ook diepte-interviews afgenomen met negen ouders die hiervoor toestemden. Ze benoemen de Opkomst-begeleiding vaak als een oorzaak voor deze positieve veranderingen. Voor velen van hen is er op volgende vlakken een verschil gemaakt: de financiële, administratieve en andere praktische ondersteuning, de informatie over de zwangerschap en de omgang met de baby, de opgebouwde vertrouwensband met de maatschappelijk werker en wijze waarop die hen motiveert om door te zetten, als ook het contact met de andere moeders in de groepssessies. Het onderzoek toont aan dat de aanpak van Opkomst succesvol werkt door het verminderen van stress bij ouders, het vergroten van hun formele netwerk voor hulpvragen het vinden van kwalitatieve huisvesting en het vergroten van hun inzicht in de behoeften van het kind.